Zondag

24 juli 2016 - Otavi, Namibië

Vanop het witte fort hebben we een prima zicht over de vlakte, je kan hier kilometers ver zien lijkt het. We gaan het onvermijdelijke souvenier winkeltje binnen en de dame achter de kassa begroet de jongens met 'Hi babies'. De verontwaardiging is groot, er wordt nog uren en zelfs dagen op terug gekomen...

We kunnen maar moeilijk afscheid nemen van Etosha en maken nog een omweg naar een waterhole. De laatste zebra's, gnoes en springbokken worden uitgezwaaid en hier en daar wordt een traantje weg gepinkt (niet door de dieren). Wat zeggen ze ook al weer, eens Afrika, altijd Afrika? Wij zijn na tweemaal in elk geval gebeten en beseffen maar al te goed hoe bijzonder het is om hier een maand rond te trekken. Gelukkig hebben we nog enkele dagen voor het richting België gaat.

We moeten opnieuw de vet fence door. Deze keer is de salami strategischer opgeborgen en wordt hij niet ontdekt. Na vier dagen Etosha moet onze voedselvoorraad een laatste keer worden aangevuld en dus gaat het naar Tsumeb. Bij de Spar staat een bedelende jongen, hij is vast geen twaalf. Hij heeft honger en ik duw hem wat brood, appels en fruitsap in de handen. Een druppel op een hete plaat en een poging om van m'n eigen knagende gevoel af te geraken besef ik. 

Het is zondag en dus gaat het bier waarmee we aan de kassa staan onverbiddellijk terug de rekken in. Bij het tankstation worden we bediend door een man die lacht zoals Romelu Lukaku volgens Emiel. De kerel moet er opnieuw hartelijk om lachen... De banden worden opnieuw hard opgeblazen want we laten de gravel wegen achter ons.

We rijden naar Tsintabis waar we een nacht hebben geboekt in Treesleeper camp. Opnieuw een campsite uitgebaat door de lokale gemeenschap. Er worden een aantal activiteiten aangeboden zoals een village tour en een wandeling met een San man die je leert hoe je vuur maakt, of hoe je een boog maakt. Leuk voor de jongens lijkt het, maar bij aankomst blijkt het kamp verlaten. We lopen even rond en na enkele minuten komt er een terreinwagen aangereden. Niet de hulp die we verwachten, wel vier dronken mannen met grote bierflessen in de hand. Het is nogal onduidelijk wat ze komen doen, de camping ligt een eindje van de weg af, en echt veilig voelen we ons niet. We vertrouwen op ons gevoel, houden het voor bekeken en rijden terug naar Tsumeb.

We hebben dus geen uitgestippeld plan voor vandaag en besluiten verder te rijden, zolang de jongens dat zien zitten. De kilometers die we vandaag doen moeten morgen niet meer overbrugd worden. Het valt op dat het zondag is, er is meer leven langs de kant van de weg dan op andere dagen. We zien ook voor het eerst een soort openbaar vervoer, kleine busjes met een kar voor de bagage.

Net voor de stad Otavi kiezen we camping uit de reisgids en zo komen we terecht bij Zum Potjie Restcamp. Een kleine farm camping waar we opnieuw alleen staan. Het is nog vroeg, er is tijd voor gezelschapspelletjes, zwemmen, en de jongens gaan op stap met de hond van de boerderij.

De avond is erg donker zonder het licht van de maan, en het lijkt opnieuw kouder te worden, dus we zoeken allemaal vroeg de warmte van de tenten op.

Foto’s